SITUERING

Bretton Woods: het goud verdwijnt als sleutelelement van het internationaal geldstelsel, de goudvoorraad wordt een vrij verhandelbaar eigen actief van de Nationale Bank.

De verplichting van de gouddekking van de bankbiljetten wordt afgeschaft, hun converteerbaarheid in goud verdwijnt,


Alle centrale banken, en dus ook de Nationale Bank van België, beschikken vanaf dat moment over enorme ongerealiseerde meerwaarden op hun goudvoorraden. Wanneer zij deze eigen activa zouden arbitreren (naar andere officiële externe reserve-activa, of andere) zouden zij deze enorme meerwaarden realiseren en zouden deze in aanmerking komen voor uitkering aan de eigenaars van de centrale banken.

Om te vermijden dat de officiële externe reserves van de NBB fors in omvang zouden dalen als gevolg van arbitragetransacties op haar goudvoorraad neemt de Wetgever in 1989 het Artikel 20bis op in de Organieke Wet;

Het Artikel 20bis: gerealiseerde goudmeerwaarden (als resultaat van arbitrages) dienen voortaan verplicht te worden gereserveerd. De meerwaarden dienen te worden geboekt in een onbeschikbare reserverekening, welke bij vereffening van de vennootschap NBB aan De Staat dient uitgekeerd;

Tussen 1989 en 1999 verkoopt de Nationale Bank van België belangrijke hoeveelheden van haar goudvoorraad. De gerealiseerde meerwaarden worden, in navolging van het Artikel 20bis van de Organieke Wet, geboekt in een “onbeschikbare reserverekening”;

De Wetgever komt enkele keren tussen en via “lex specialis” werd het saldo van deze “onbeschikbare” reserverekening “eerder dan voorzien” overgedragen aan de “Soevereine” Belgische Staat.

In tegenstelling tot de oorspronkelijke bedoeling van de Wetgever worden de officiële externe reserves van ons land dus WEL afgebouwd;

De Nationale Bank van België nv draagt in 1996, 1998 en 2001 voor meer dan 8,2 miljard euro (ofwel een 20.000,00 euro per aandeel) van haar vermogen over aan de Belgische Staat.

De NBB keert dit eigen vermogen echter NIET uit aan de eigenaars van de vennootschap:
de aandeelhouders van de NBB !!

In 1998 werd de Organieke Wet aangepast: het Artikel 20bis werd geschrapt, en vervangen door het huidige Artikel 30.

Uitsluitend de bepaling welke (bij vereffening van de vennootschap) een bestemming aan deze onbeschikbare reserverekening gaf werd geschrapt, en er werd bepaald dat één en ander geregeld werd in “een overeenkomst tussen de NBB en de Minister van Financiën”.

De Raad van State adviseerde in 1998 dat deze overeenkomst diende gepubliceerd in het Staatsblad, wat de eerste keer gebeurde … in juni 2005; 

Begin de jaren 2000 werden rechtszaken gevoerd omtrent de overdrachten van de meerwaarden op de goudvoorraad  aan de Staat van 1996 en 1998, en later ook over de eigendomsrechten over die goudmeerwaarden.

De NBB zag als enige uitweg: de monetaire geschiedenis van ons land herschrijven!

Wat alleen in een bananenrepubliek voor mogelijk werd gehouden kon blijkbaar ook in België (?)

Het eerste ” schandaal van de NBB ” dus:
  • Misbruik van wetgevende macht,
  • Onteigening van het eigen vermogen van een vennootschap (de meerwaarden op de goudvoorraad), zonder passende compensatie voor de eigenaars van de vennootschap,
  • Misleidende en bedrieglijke (financiële) communicatie, in een poging om deze georganiseerde misdaad toe te dekken.

Het tweede ” schandaal van de NBB ” :

Na toetreding tot het ESCB en als gevolg van de diverse rechtszaken is het voor de Belgische Staat moeilijker geworden om de staatskas te spijzen via de onteigening van meerwaarden op de goudvoorraad van de NBB.

Een ander instrument om de staatskas te spijzen was de vergoeding voor het aan de NBB verstrekte emissiemonopolie. De “seigneuriagevergoeding” van de NBB werd door de centrale bank gedeeld met de Belgische soevereine Staat. Door het succes van de euro enerzijds (wat zich vertaalde in een jaarlijks stijgende omloop bankbiljetten) en de voortdurende daling van de rentevoeten anderzijds dreigde ook deze bron volledig op te drogen.

In 2009 grijpt de Wetgever opnieuw in en wordt de zogenaamde 3%-regel geschrapt. De seigneuriagewinst wordt niet langer gedeeld met de NBB, de Wetgever geeft de Regentenraad alle macht en vrijheid om rechtstreeks een willekeurig deel van de totale jaarwinsten over te maken aan “de Soevereine Staat”!

De Wetgever negeert de bepalingen van de eigen Statuten van de NBB en het grondwettelijke eigendomsrecht (van de vennootschap EN van haar eigenaars)
en onteigent jaarlijks honderden miljoenen euro’s eigen vermogen van de Nationale Bank van België !!

Onder het valse en onterechte argument van “seigneuriage” !!

Net zoals de goudvoorraad “eigenlijk” de Belgische Staat toebehoorde werd ook nu op een onwaarschijnlijke manier verwarring gecreëerd tussen enerzijds seigneuriagewinsten en anderzijds de totale jaarwinsten van een centrale bank.

Een verhaal gebracht in de typische stijl van de NBB.

Vanaf 2009 tot en met het boekjaar 2017 onteigent de Belgische Staat, met volledige en bereidwillige medewerking van een NIET onafhankelijke Regentenraad, voor een bedrag van 4,45 miljard euro eigen vermogen van de vennootschap!
En opnieuw: zonder enige compensatie voor haar eigenaars!


De Belgische Staat heeft nooit belastinggelden willen aanwenden om als enige over de volledige uiteindelijke eigendomsrechten over het vermogen van haar centrale bank te kunnen beschikken. Zij heeft deze keuze bewust gemaakt, afwijkend van nagenoeg alle andere landen.

De Staat gaat voorbij aan die evidente en eigenlijk onweerlegbare eigendomsrechten en meent dat zij op dezelfde manier kan handelen dan de andere landen dit doen. Hierbij voorbijgaand aan het feit dat zij WEL de enige aandeelhouder zijn van hun centrale bank. En desondanks WEL het respect tonen voor die eigendomsrechten van hun centrale bank.

Via misbruik van haar wetgevende macht onteigent de Belgische Staat het eigen vermogen van de Nationale Bank van België. Volledig in het nadeel van de centrale bank zelf, en zeker ook in het nadeel van haar 50% particuliere eigenaars.

ALLE RISICO’S zijn voor de NBB en haar particuliere aandeelhouders

ALLE WINSTEN EN OPBRENGSTEN zijn voor De Belgische Staat

Elke dag (ver)kopen particulieren de aandelen NBB

Zij baseren zich hiertoe op de financiële communicatie van de NBB.

Is het aandeel NBB inderdaad een “veilige belegging”, die elk jaar een mooi dividend geeft?
Een soort “geïndexeerde obligatie” ?

Zullen de miljarden-experimenten van de ECB zonder enige twijfel een goede afloop kennen?

Wanneer de goudmeerwaarden nu toch blijken eigen vermogen van de NBB uit te maken: communiceert het bestuur dan voldoende transparant en duidelijk? Omtrent de samenstelling en omvang van haar vermogen? Omtrent de uiteindelijke eigendomsrechten?

Welke schade lijden de particuliere aandeelhouders? Omdat miljarden euro’s eigen vermogen werden onteigend, en niet langer voor de vennootschap beschikbaar zijn wanneer die experimenten fout aflopen? Of omdat zij hun aandelen hebben verkocht, zonder de juiste waarde voor hun investering te hebben bekomen?

Hadden zij die aandelen wel (tegen die absurd lage prijzen) verkocht, hadden zij correct geïnformeerd geweest over de uiteindelijke eigendomsrechten?

Hoe hoog laat men die schade nog verder oplopen?
WIE ONTMIJNT DIE STEEDS VERDER TIKKENDE TIJDBOM ?? EN WANNEER ??
Wie zal deze enorme schade vergoeden?