GOED BESTUUR ?

Op de vorige pagina werd aangegeven wat “good governance” of goed bestuur inhoudt, deze verankerd moet zijn in de waarden van de vennootschap.

De belangrijkste doelstelling van de Code bestaat in het bevorderen van waardecreatie op lange termijn. De doelstellingen moeten dan het belang van de vennootschap, van haar aandeelhouders en van andere stakeholders voor ogen houden. (..)

En (vooral) ook: ” Een gebrekkige bedrijfsvoering kan echter tot aanzienlijke verliezen leiden die verder reiken dan het verlies van aandeelhouderswaarde.

De “good governance”,
bij de Nationale Bank van België nv

Op de vorige pagina werd enkele pijnpunten aangegeven, laat het ons de tekortkomingen noemen die op een eenvoudige manier in de media kunnen worden gebracht omdat ze door iedereen kunnen worden begrepen:

  • de NBB is een beursgenoteerde vennootschap, en legt zonder meer de wettelijke verplichting naast zich om te voldoen aan de belangrijke quota van het aantal vrouwelijke bestuurders,
  • de Belgische Staat heeft enorme financiële belangen te verdedigen. Zij heeft zich dermate georganiseerd dat zij vanuit achterkamertjes en fluwelen zetels zelf kan bepalen wie Directeur en Regent kan worden. Ons kent ons, ons helpt ons. La Belgique à grand père werd het genoemd.

Wanneer er slechts één op zeventien bestuurders een vrouw is, en er vertrekt een vrouw maar men benoemt toch opnieuw een man, dan zal iedereen begrijpen dat de NBB (ook hier) vindt dat werkelijk geen enkele wet op haar van toepassing is.

En wanneer een gewezen Minister van Financiën er kan blijven voor zorgen dat ook een derde generatie van een machtige en steenrijke familie Regent kan worden zal elkeen zich ook wel een beeld kunnen vormen.

Belangrijke vragen dringen zich dan toch wel op. Niet?

  • Welke speciale kennis, kwaliteiten en/of verdiensten hebben deze mannen, om als vennootschap toch dergelijk belangrijke wetgeving te negeren?
  • Is deze benoeming door de kandidaten dermate gewild opdat enige wederdienst kan worden verwacht, of zelfs geëist? Als bestuurder voldoende afhankelijk zijn om mee te werken in een proces welke jaren terug werd gestart, waarbij vele andere wetten naast zich moeten worden gelegd?
  • Worden de belangen van de vennootschap, haar eigenaars en alle andere stakeholders hierdoor ten allen tijde voorop gesteld? Gerespecteerd?

De ” Good Governance Code “

De enige bedoeling hier is het aanhalen van enkele essentiële pijnpunten inzake goed bestuur. Door de diverse Wetgevers (heel terecht) belangrijk genoeg bevonden om er uitgebreide wetgeving rond uit te werken.

Het Belgische vennootschapsrecht en de Belgische financiële wetgeving bevatten uitgebreide corporate governance regels die op beursgenoteerde vennootschappen van toepassing zijn.
De Code is gebaseerd op het ‘pas toe of leg uit’-principe (‘comply or explain’).

De Commissie heeft geopteerd voor een gecombineerd systeem van toezicht op het naleven van de code dat berust bij de raad van bestuur, de aandeelhouders van de vennootschap, de commissaris en de Commissie voor het Bank-, Financie- en Assurantiewezen (‘CBFA’, nu ‘FSMA’).

Bij de Nationale Bank van België bestaan er werkelijk essentiële problemen, reeds bij het systeem van toezicht op het naleven van de Code :

(1) Het bestuur van de NBB (2017): de Regentenraad.

(toen nog met één vrouw meer dan nu)

  • Samengesteld uit de Gouverneur, de zes directeurs en 10 Regenten,
  • Twee Regenten worden gekozen op voordracht van de werknemersorganisaties, en drie uit de voornaamste organisaties van de nijverheid en van de handel, van de landbouw en van de middenstand. Vijf Regenten worden voorgedragen door de Minister van Financiën.
  • Ofwel: De Gouverneur, zes Directeurs en vijf Regenten worden gekozen door de meerderheidsaandeelhouder.
  • Twaalf op de zeventien bestuurders worden door de meerderheidsaandeelhouder benoemd ! Er is geen enkele onafhankelijke bestuurder, de vijf andere vertegenwoordigen organisaties die op geen enkele manier uiteindelijke eigendomsrechten te verdedigen hebben, die zelf geen enkel risico dragen!
  • Zij ” wisselen van gedachten over algemene kwesties met betrekking tot de Nationale Bank, het monetaire beleid en de economische situatie van het land en van de Europese Gemeenschap”.
  • De werkelijke eigenaars, de aandeelhouders, mogen enkel “verkiezen” wat hun wordt voorgeschoteld, zij kunnen op eigen aangeven ook geen Regenten ontslaan!

(2) De aandeelhouders van de NBB

De omschrijving vanwege de NBB:
De algemene vergadering wordt niet beschouwd als een orgaan van de Nationale Bank. Haar bevoegdheden zijn beperkt. ”

Inderdaad, de aandeelhouders mogen uitsluitend “kennis nemen” van het jaarverslag, de Regenten en Censoren “verkiezen”, de bedrijfsrevisor “aanstellen”.
Alle normale en evidente bevoegdheden van eigenaars worden bij de NBB uitgeoefend door … ja, toch wel: door de Regentenraad !!

  • Mochten de Gouverneur en de Directie al met fout beleid komen,
  • Dan maken zij in ieder geval zelf de meerderheid uit van het deel van de Regentenraad benoemd door De Staat (7/12), en samen met de 5 andere bestuurders van De Staat maken zij 12/17 uit,
  • het eigen foute beleid wordt dus goed- of afgekeurd door … zichzelf ?! Goed bestuur …

De Code voorziet echter een belangrijke rol voor de “controlerende aandeelhouder”, hier bij de NBB dus de Belgische Staat:

” Controlerende aandeelhouders kunnen vertegenwoordigers benoemen in de raad van bestuur. Zij zijn dan in staat om toezicht uit te oefenen zowel van binnen de vennootschap als van buitenaf, met de voordelen en risico’s die een dergelijke sterke positie met zich meebrengt. Controlerende aandeelhouders dienen bijgevolg oordeelkundig gebruik te maken van hun positie en dienen de rechten en belangen van de minderheidsaandeelhouders te respecteren.

” Het oordeelkundig gebruik ” (laat het ons misbruik noemen) van de sterke positie gaat nog een belangrijke rol spelen. Of zal het ook hier “de Soevereine Staat” zijn die de bestuurders aanstelt, en niet ” De Staat als aandeelhouder ” ?

(3) Het FSMA, de toezichthouder.

Binnen haar toezichtsopdracht met betrekking tot de periodieke en lopende informatieplicht van beursgenoteerde vennootschappen zoals bepaald in de wet van 2 augustus 2002, draagt de CBFA bij tot het externe toezicht op de Code.

Ook hier lijken zich problemen te stellen. Het FSMA lijkt niet zo overtuigd te zijn hoever haar “toezichtsopdracht” reikt, in het “uitzonderlijke” geval van de NBB dan toch.

(4) De commissaris (Mazars Bedrijfsrevisoren, eerder Ernst & Young)

De commissaris moet zijn oordeel geven of de financiële overzichten een getrouw beeld geeft van het vermogen van de financiële toestand en van de resultaten van de vennootschap overeenkomstig het in België toepasselijke boekhoudkundig referentiestelsel. De commissaris moet eveneens zijn commentaar leveren op het jaarverslag.

Goed bestuur? Ja zeker: de revisor voor de NBB geeft zijn oordeel en staat ter beschikking om alle toelichtingen en vragen te beantwoorden, van zowel de ondernemingsraad (de vertegenwoordigers van het personeel) als van … toch wel: de Regentenraad !! De algemene vergadering is immers geen orgaan binnen de NBB, al haar bevoegdheden werden overgeheveld naar de Regentenraad.

Een feitelijke situatie waar we zeker op terugkomen:

  • het bestuur heeft foute beleidsmaatregelen genomen, fouten die absoluut tegen de belangen van de vennootschap ingaan,
  • de Regentenraad heeft deze toegedekt, haar instemming verleend. Hierbij eigenlijk een bevoegdheid overnemend van de werkelijke eigenaars van de vennootschap: de aandeelhouders,
  • de gevolgen van deze fouten hebben hun weerslag op de financiële communicatie, waarbij de balans (vanaf dan en tot op vandaag) dient vervalst te worden,
  • de Regentenraad keurt de balans en de jaarrekening goed. Opnieuw: een bevoegdheid normaal gezien toebehorend aan de aandeelhouders,
  • de externe revisor moet zijn oordeel geven over de balans (die een waarheidsgetrouw beeld moet geven van het vermogen van de vennootschap),
  • hij geeft dit oordeel echter aan de bevoegde Regentenraad. De aandeelhouders vragen tevergeefs om verantwoording en toelichtingen vanwege de onafhankelijke expert,
  • het FSMA lijkt van oordeel te zijn dat de NBB niet onder haar toezicht valt (?). In ieder geval komt zij in de feiten niet tussen wanneer de NBB duidelijk bedrieglijk communiceert,
  • Wat het oordeel van de revisor ook moge inhouden, de Regentenraad zal absoluut niet echt gemotiveerd zijn om de regels van goed bestuur na te leven?

Wat zijn de echte redenen om werkelijk elke wetgeving voor beursgenoteerde vennootschappen naast zich te moeten leggen ?

De Italiaanse centrale bank heeft eveneens (en nagenoeg uitlsuitend) privé aandeelhouders.

Wat in Italië geen enkel probleem stelt, en waar de regels van goed bestuur zonder problemen WEL kunnen worden gevolgd, mag in België toch niet tot dergelijke ingrepen leiden waardoor de vennootschap zich buiten elke logische wetgeving moet plaatsen?

De eigendomsrechten van de aandeelhouders zijn (net zoals bij NBB) heel duidelijk omschreven in de Statuten:

Banca d’Italia (Artikel 3): het eigendomsrecht is beperkt tot het kapitaal van de vennootschap, en een dividend van maximaal 6% van dat kapitaal;

NBB (Artikel 4): elk aandeel NBB geeft recht op een evenredig en gelijk deel in de eigendom van het maatschappelijk vermogen en in de verdeling van de winsten.

  • Er geldt een beperking inzake wie aandeelhouder mag worden, hoeveel aandelen hij mag bezitten en voor hoeveel aandelen het stemrecht geldt,
  • de centrale besluitvormende organen zijn: 1) de aandeelhoudersvergadering 2) de Directieraad 3) de raad van Commissarissen 4) de Raad van Bestuur 5) de Gouverneur 6) de “Senior Deputy Governor and the other Deputy Governors”
  • de bevoegdheden van de algemene vergadering zijn statutair bepaald: goedkeuring van de jaarrekening en de uitkering van de jaarwinsten, wijzigingen van de statuten, benoeming van de Directeurs van de bank (die door een commissie worden geselecteerd), benoeming van de interne audit en van de externe revisor.

Zonder een volledigheidsstudie te willen uitvoeren moet het onmiddellijk heel duidelijk zijn dat, ondanks de beperking in uiteindelijk eigendomsrecht over het vermogen van de Banca d’Italia, de aandeelhouders wel degelijk als volwaardige eigenaars worden beschouwd, en als dusdanig ook worden behandeld.

De aandeelhouders van de Banca d’Italia worden WEL als een orgaan van de centrale bank beschouwd, hebben WEL alle normale bevoegdheden van eigenaars, benoemen en ontslaan het bestuur en de externe revisor, hebben vraagrecht, ….
De Banca d’Italia kent dan ook geen enkel probleem om in alle transparantie WEL waarheidsgetrouw te rapporteren en correct te handelen met haar aandeelhouders en alle andere stakeholders.

Bij de Nationale Bank van België nv zijn de statutaire (uiteindelijke) eigendomsrechten van de aandeelhouders NIET beperkt.

Maar wil de Belgische Staat geen belastingsgelden aanwenden om die vermogensrechten op een wettelijke manier te verwerven. De Wetgever heeft dit dan maar op zijn Belgisch willen regelen …
Ten koste van het goed bestuur, en … het goed fatsoen.

Immers, wanneer men het onmogelijk wil maken dat privé-aandeelhouders noodzakelijke “maatregelen in het algemeen belang” kunnen verhinderen volstaan enkele simpele regels.

Men moet de eigenaars van de vennootschap echt niet ALLE bevoegdheden ontnemen.
Dan heeft men echt wel andere bedoelingen !

Bij de Banca d’Italia werd hiertoe in het Artikel 6 van de Statuten een punt 2 ingevoerd: ” de aandeelhoudersvergadering kan op geen enkele manier tussenkomen in aangelegenheden toebehorend tot het algemeen belang, gevolg van de uitvoering van taken toevertrouwd door het Verdrag, de statuten van het ESCB en de ECB, het Europese unierecht, de Wet t.o.v. de Banca d’Italia of de Gouverneur voor de uitvoering van de vennootschapsdoelen. “


De Code is opgebouwd rond negen principes die de pijlers vormen van goede corporate governance.

We bespreken hier niet tot in detail de Code, maar toch enkele hier relevante pricipes:

Principe 1: De vennootschap past een duidelijke governancestructuur toe:

  • 1.7 De raad van bestuur moedigt – met passende maatregelen – een effectieve dialoog met de aandeelhouders en potentiële aandeelhouders aan die gebaseerd is op een wederzijds begrip voor doelstellingen en verwachtingen.
  • 1.8 De raad van bestuur verzekert zich ervan dat zijn verplichtingen ten opzichte van alle aandeelhouders duidelijk zijn en dat er aan voldaan wordt.

Dit principe spreekt werkelijk voor zich. De particuliere aandeelhouders proberen reeds tientallen jaren gehoor te krijgen bij het bestuur, het aantal rechtszaken is een bewijs dat het bestuur werkelijk tekort schiet op dit vlak.

Principe 2: De vennootschap heeft een doeltreffende en efficiënte Raad van Bestuur die beslissingen neemt in het vennootschapsbelang.

  • ” 2.1 De samenstelling van de raad van bestuur dient te waarborgen dat beslissingen genomen worden in het vennootschapsbelang. Deze samenstelling wordt bepaald op basis van genderdiversiteit en diversiteit in het algemeen, (…) “
  • ” 2.2 De besluitvorming binnen de raad van bestuur mag niet gedomineerd worden door een individu, noch door een groep van bestuurders. Niemand mag een overdreven beslissingsbevoegdheid hebben. “
  • ” 2.3 Minstens de helft van de raad van bestuur bestaat uit niet-uitvoerende bestuurders, en minstens drie van hen zijn onafhankelijk (…) “

Het probleem inzake genderdiversiteit werd in de media reeds uitgebreid aangekaart.

Dat de samenstelling van het bestuur gedomineerd wordt door één groep bestuurders, en dat dit de oorzaak is voor besluitvorming die regelrecht ingaat tegen de belangen van de vennootschap is zonneklaar. Het is het onderwerp van deze hele webpagina.

De Wetgever is op een zodanige manier tussengekomen dat 1) de eigenaars geen enkele mogelijkheid hebben om hun evidente rechten te verdedigen, en 2) het bestuur alle macht en vrijheid heeft om uitsluitend de belangen van de meerderheidsaandeelhouder te dienen. En hierbij totaal voorbij gaat aan de werkelijke belangen van de vennootschap en haar eigenaars.

Principe 8: De vennootschap gaat met de aandeelhouders en potentiële aandeelhouders een dialoog aan, gebaseerd op een wederzijds begrip voor elkaars doelstellingen en verwachtingen.

  • ” 8.1 De vennootschap draagt zorg voor een gelijke behandeling van alle aandeelhouders en eerbiedigt hun rechten.
  • ” 8.3 De vennootschap maakt dat alle noodzakelijke faciliteiten en informatie voorhanden zijn opdat de aandeelhouders hun rechten kunnen uitoefenen. “
  • ” 8.5 De algemene vergaderingen worden gebruikt om te communiceren met de aandeelhouders. “
  • ” 8.9 De voorzitter leidt de algemene vergadering van aandeelhouders en neemt de nodige maatregelen om ervoor te zorgen dat elke relevante vraag van de aandeelhouders wordt beantwoord.
  • ” 8.11 In vennootschappen met één of meer controlerende aandeelhouders streeft de raad van bestuur ernaar dat de controlerende aandeelhouder(s) weloverwogen gebruik maakt (maken) van zijn (hun) positie en dat hij (zij) de rechten en belangen van de minderheidsaandeelhouders respecteert (respecteren). De raad van bestuur moedigt de controlerende aandeelhouder(s) aan deze Code na te leven. “
  • ” 8.12 (…) dient de raad van bestuur de noodzakelijke maatregelen te nemen om de aandeelhouders, en in het bijzonder de institutionele aandeelhouders, te motiveren om een belangrijke rol te spelen in het zorgvuldig evalueren van de corporate governance van de vennootschap.

Ook het eerste punt spreekt voor zich. De Regentenraad hevelt miljarden euro’s eigen vermogen van de vennootschap over naar de kas van de meerderheidsaandeelhouder. Dat zij hierbij geen gelijke behandeling nastreeft is een eufemisme zo groot als een huis.

Bij alle andere punten van dit Principe 8 schiet het bestuur evenzeer tekort. Enkel volgende:

  • het verloop van de jaarlijkse algemene vergaderingen werd wel beschreven in de media. Het wordt als schoolvoorbeeld gebruikt hoe het NIET moet,
  • vragen over essentiële thema’s (zoals werkelijk eigendomsrecht van de vennootschap) worden ofwel niet beantwoord, ofwel het ene jaar op één manier om het volgend jaar een totaal tegengesteld antwoord te krijgen,
  • het geheel van jaarrekeningen, balans, info op de webpagina, persmededelingen, enz. zijn een grabbelton van totaal tegenstrijdige, onduidelijke en zelfs bedrieglijke communicatie. Een (potentiële) aandeelhouder kan op geen enkele manier zijn risico’s inschatten, noch zijn (uiteindelijke eigendoms)rechten laten gelden.
  • de houding van de meerderheidsaandeelhouder bij dit alles heeft met “goed bestuur” niets vandoen. Hij bekomt zijn informatie natuurlijk langs een andere weg, en dat een (on?)afhankelijke Regentenraad (die hij zelf samenstelt) jaarlijks honderden miljoenen euro’s in zijn Staatskas blijft storten, tegen het belang van de vennootschap enerzijds en de minderheidsaandeelhouders anderzijds is, lijkt ook niet echt storend te zijn.

Goed bestuur? Dat is immers een wettelijke verplichting voor de andere beursgenoteerde “gewone” naamloze vennootschappen !?!


Het feit van de andere principes hier onvermeld te laten betekent niet dat er zich daarbij geen problemen stellen voor de Nationale Bank van België. Het betreft hier echter geen volledigheidsstudie, we halen enkel de meest flagrante inbreuken aan. Inbreuken die het hardst tegen de belangen van de vennootschap en haar eigenaars ingaan.


De particuliere aandeelhouders eisen ” goed bestuur ” !!

De onwaarschijnlijke manier waarop de Belgische Staat tot het kapitaal van de Nationale Bank van België is toegetreden niet te na gesproken, worden de particuliere minderheidsaandeelhouders minstens vanaf 1989 zwaar benadeeld. Waar de Good Governance Code de aandeelhouders vrij centraal plaatst is dit bij de NBB totaal niet het geval. Integendeel: de meerderheidsaandeelhouder heeft het bestuur van de vennootschap op een zodanige manier georganiseerd dat haar eigen belangen optimaal worden gediend. In het nadeel van die van de vennootschap zelf en van de minderheidsaandeelhouders.

De belangen van de vennootschap zijn de belangen van de aandeelhouders.

Wij eisen totaal respect voor de regels van goed bestuur !!

Wij oordelen het aangewezen om het “dramatisch bestuur” van de NBB aan te pakken via de eenvoudige en duidelijk te vatten flagrante overtreding:

het niet respecteren van de verplichte aanwezigheid van beide geslachten in de raad van bestuur van effectengenoteerde naamloze vennootschappen.