Algemene Vergadering 2019

Vraag 3.2) Gezien (het Artikel 30 van) de ESCB-statuten werd een “weging in de kapitaalverdeelsleutel” van de ECB uitgewerkt. De verschillende NCB’s zijn de enige eigenaars van de ECB, en hun aandeel in de eigendom van het “geaccumuleerd eigen vermogen” wordt berekend volgens deze kapitaalverdeelsleutel.
Kan u aan de Algemene Vergadering van eigenaars van de NBB de boekhoudkundige waarde (per balansdatum van 31/12/2018) van het aandeel NBB toelichten, zoals de ECB deze zelf ook hanteert ten overstaan van haar eigenaars? De waarde per aandeel, en de berekeningswijze om tot deze waarde te komen?

N.v.d.r.: De ECB berekent dus op transparante manier de boekwaarde van haar eigen vermogen (de waarde van het aandeel), om de (jaarlijkse) aanpassingen in het kapitaal van haar eigenaars (de Nationale Centrale Banken, waaronder de NBB) mogelijk te maken.
Niets bijzonders, zeker essentieel.

Directeur Tim Hermans, lid van het bestuur van deze beursgenoteerde naamloze vennootschap,
geeft volgend antwoord aan de eigenaars:

” Het bestuur van de Nationale Bank van België wenst in de toekomst niet langer over het vermogen van de centrale bank te spreken in termen van eigen vermogen en schulden van de vennootschap “.

Het bestuur van een beursgenoteerde vennootschap, dat uitdrukkelijk en zonder blozen, met de grijns op het gezicht, bevestigt ELKE TRANSPARANTIE te (blijven) weigeren ?
Omtrent het meest essentiële, namelijk de componenten en omvang van het eigen vermogen, een duidelijk beeld van de schulden ?

Weigert een waarheidsgetrouw en transparant beeld van het vermogen van de vennootschap te brengen ??! En op die manier elke inschatting van de gelopen risico’s onmogelijk maakt ??

Moet er naar een andere reden worden gezocht waarom de beurskoers rond de 2.400,00 euro noteert, terwijl de boekwaarde (berekend volgens dezelfde criteria als de ECB dit doet) om en bij de 37.000,00 euro bedraagt ??

Wat de finale bedoelingen zijn van dit jarenlange proces van (onteigenende) ingrepen door de Wetgever?
Met als laatste doch essentiële stap het invoeren in de Organieke Wet van het Artikel 32 ?

Hij die elke logische transparantie weigert
heeft NOOIT eerbare bedoelingen !!

De beursnotering van de Nationale Bank van België heeft slechts één functie:
de aandeelhouders van de vennootschap een uitweg bieden wanneer zij hun investering wensen (of moeten) verkopen, en hen daarbij in staat stellen de juiste waarde van hun belegging ook effectief te realiseren.

De aandeelhouders zijn geen vragende partij voor deze beursnotering, en het is duidelijk dat het bestuur er zelf ook niets anders dan (steeds meer) “praktische problemen” mee heeft. Alleen al het respect moeten opbrengen voor alle wetgeving en regels verbonden aan dergelijke beursnotering zal men niet kunnen blijven naast zich leggen, met als enige motief “het eigen sui generis rechtskader”.

De beurskoers kan onmogelijk de juiste waarde reflecteren wanneer een bestuur weigert op totaal transparante wijze de waarheidsgetrouwe informatie te verstrekken omtrent essentiële elementen als het eigen vermogen en de schulden.
En in “normale omstandigheden” is het ook nooit een vrije keuze van het bestuur om zich al dan niet aan de wettelijke informatieverplichtingen te houden. Men heeft beroep gedaan op het openbaar spaarwezen, kleine beleggers moeten (overal ter wereld) worden beschermd. Alleen:

de belangen zijn hier al te groot geworden,
transparantie en waarheidsgetrouwe rapportering dreigen miljarden euro’s te gaan kosten. En verdere miljarden onteigeningen in het voordeel van de Belgische Staat aanzienlijk te bemoeilijken.

Daarom heeft de Wetgever het mogelijk gemaakt dat de financiële communicatie van de Nationale Bank van België NIET onderworpen is aan de controle van de toezichthouder (FSMA), zoals dit voor ELK ander beursgenoteerd bedrijf WEL het geval is.
En daarom heeft de Wetgever het mogelijk gemaakt dat de eigenaars GEEN ENKELE mogelijkheid tot verzet, het laten gelden van het evidente recht op informatie, NIET kunnen uitoefen.
Al deze bevoegdheden werden overgedragen aan de Regentenraad. Dus aan het bestuur zelf!
En daardoor ook komt het dat de eigenaars GEEN mogelijkheid hebben om een externe revisor te bevragen. Deze informatie ook langs deze weg NIET van een (verondersteld) onafhankelijk expert kunnen bekomen (die verondersteld is ten allen tijde in het belang van de vennootschap en al haar stakeholders te handelen). Neen, die revisor wordt geselecteerd door de Regentenraad, en deze rapporteert alleen aan diezelfde Regentenraad. Volgens onderlinge afspraken, vastgelegd in “de contractuele documenten”.

De beursnotering schrappen zou perfect kunnen, en de aandeelhouders een alternatieve methode bieden waarbij de waarde op transparante wordt berekend zou een simpele oplossing kunnen zijn. Bij een gewenste exit wordt die juiste waarde dan wel gerealiseerd.
Wanneer het bestuur uitsluitend problemen kent als gevolg van het bestaan van deze notering, en dezelfde notering vervult haar enige rol niet: waarom beslist het bestuur niet tot de annulatie van de beursnotering?

Alweer: men is (zeker vanaf 1989) het foute pad ingeslagen, de vennootschap en haar eigenaars werden voor miljarden euro’s onteigend. Alles leek te lukken, en sedert 2009 heeft men er dus nog een schepje bovenop gedaan. Met alweer enkele miljardenonteigeningen er bovenop.

Het misdadig plan is nu netjes georganiseerd, alles loopt op wieltjes, elk kent zijn rol en tekst. En wie moet zwijgen, wel die zwijgt !
Waarom nu dan nog iets gaan veranderen?


Enkele andere opmerkelijke punten:

  • Het vraagrecht van de aandeelhouders werd ook dit jaar beperkt, en dit vooral omdat de externe revisor opnieuw niet op de algemene vergadering aanwezig was. Ondanks de uitdrukkelijke voorafgaandelijke vragen aan het bestuur om aan deze verplichting te voldoen;
  • Gedurende de algemene vergadering hebben verschillende bestuurders de zaal verlaten, en dit zonder de vergadering te schorsen. Het is zelfs zo dat Directeur Dechaene, na zijn presentatie met een toelichting van de cijfers over het jaar 2018, zonder enige verwittiging de algemene vergadering heeft verlaten om niet meer terug te keren. Verschillende vragen vanwege verschillende aandeelhouders bleven hierdoor zonder antwoord;
  • Alle vragen omtrent de officiële externe reserves, het eigen vermogen van de vennootschap en de waarheidsgetrouwe en transparante rapportering werden door Directeur Hermans “geglobaliseerd en verpakt in een voorgekauwd gerechtje overgoten met een (voor NBB) passend juridsich sluitend sausje”, met een verwijzing naar eerdere en ook nog lopende juridische procedures.
    Individuele vragen op deze manier ontwijken en soms behandelen, ondersteund met enkele foute passages uit totaal foute vonnissen, is het beste recept om niet nog meer kapitale fouten te maken,
  • Een uitgebreid hoofdstuk met vragen omtrent de winstverdeling kregen een zelfde behandeling. Wat mij zelf betreft werden echter wel enkele belangrijke (stand)punten bevestigd, waarna het bestuur van de Nationale Bank van België in kennis werd gesteld van het feit dat

wij als aandeelhouder bij de Raad van State een verzoekschrift tot nietigverklaring hebben ingediend van de beslissing van de Regentenraad van de Nationale Bank van Belgie van 27 maart 2019 tot goedkeuring van de jaarrekening en het jaarverslag van het boekjaar 2018 en de regeling van de winstverdeling voor dat boekjaar.

Als aandeelhouder van de Nationale Bank van België en burger van dit land stel ik het volste vertrouwen in deze Raad van State.
Deze instelling toont telkens opnieuw aan dat zij behalve deskundig te zijn waarschijnlijk ook nog de enige werkelijk onafhankelijke instelling van ons land is.

Zij bewees dit bij de invoering van deze Wet in 2009, wij hebben massaal gegronde argumenten klaar welke de bedenkingen van de Raad van State bevestigen. Wij nemen dus aan dat ons verzoek zal worden ingewilligd.